“Improvisation is flying”, or the art of dreaming

Pablo Picasso, 1911, Klarinet (Stilleven met een klarinet op een tafel)
[klik om te vergroten]

Op m’n zestiende wilde ik een klarinet. Het waren de sterren van de jazzmuziek die voor mij een belofte inhielden: Sidney Bechet (‘Petite Fleur’), Benny Goodman. Maar op de Nijmeegse muziekschool leefden ze nog in de 18e, 19e eeuw, met Fritz Kröpsch en Carl Stamitz (‘Klarinettenkonzert B-dur’). Helaas kon ik daarna ook bij Jan de Pijper, een begaafd muzikant van wie ik later in Amsterdam les had, mijn draai niet meer vinden.
Zo raakte ik, ondanks de ‘vrije’ setting, in een spagaat tussen eigen interesse en de eis van de les. Maar ik stak er wel Ă­ets van op, en het instrument bleef me boeien. Wel had ik broertje dood aan spelen van papier.
Ik ben pas echt klarinet gaan spelen toen ik begon te improviseren. Niet in bepaalde stijl, en zonder grondmelodie. It was just me.In het – enige – belendende vertrek van onze woonboot luisterde Klaaske mee. Ze vond het fijn om er naar te luisteren, ondanks de hartenkreten die het instrument soms slaakte. Zo speelde ik jaren op m’n eentje, maar altijd ook een beetje voor haar.
Mijn solospel was, denk ik, een manier om mezelf te horen – en een beetje gehoord te worden – waar woorden bleven steken of tekort schoten. Maar uiteindelijk bleek het geen taal waarmee ik buiten mijn eigen wereld kon treden. Op m’n vijftigste heb ik de klarinet in de wilgen gehangen.

‘Improvisation in Dastgah Nara’ – Kamancheh solo van Kayhan Klahor.
De adembenemende beelden laten de techniek tot in het kleinste detail zien.

Improvisation is flying. You have to take off gradually as far as your mind can take you. It depends on your mental and physical state , and if you are playing for an audience their reactions and expectations play an important role. It is an emotional transaction. If the audience wants you higher, they send you higher and vice versa.
Improvisation is painting. You start with a blank canvas with no idea what you want to create on it, the subject is unknown. You have the instruments, which are the color and the brush, and your mind and imagination sets the limits of how far you can go. Its a work which take place at a particular moment, never recreated.
Finally, it is the power of musicianship, technique, style and experience which over-shadows the finished work to the extent that it becomes identified as the artist’ own.”
Kayhan Kalhor

Ghazal [Kayhan Kalhor, Shujaat Husain Khan, Swapan Chaudhuri] – ‘My Eyes, My Heart’
Uit: As Night Falls on the Silk Road, Persian and Indian Improvisations.

“The music that we play together reflects the improvisatory styles of our cultures. This means taking a small idea or melodic phrase and developing it in something larger, beyond its primary character. That is the most important aspect of this music. It is taking an idea and than moving it a step further and then further, bringing each other along without crossing each others’ boundaries.”
Kayhan Kalhor

‘Come with me’ – de Geliefde roept je…

Het meest ontroerende verhaal wat ik ken over een ontmoeting met de Geliefde is De ongelovige van Maarten Houtman. Hij vertelt daarin hoe de blauwe berg hem in de verte wenkte, als hij in het kamp het einde voelde naderen: “soms breidde de berg zich helemaal uit tot hem, zodat hij kon worden opgenomen in de liefelijkheid van het ongeborene.”
In hetzelfde verhaal lezen we hoe Maarten jaren later die liefelijkheid dacht terug te vinden in Zen, en hoe hij daarin teleurgesteld werd…

We kennen allemaal momenten waarin de schepping je troost biedt in je aardse bestaan. Zoals de onvoorwaardelijke aanwezigheid die je ervaart als een geliefde er helemaal voor je is. Of een nachtegaal zingt op het moment dat je in mensen geen troost meer vindt.
Muziek kan je die totale acceptatie ook schenken – zoals de sarod van Ali Akbar Khan mij tijdens een concert in de Mozes en AĂ€ronkerk ooit bevrijdde van alle onrust die in me was.

Kayhan Kalhor in diepe concentratie, tijdens het concert Bach in Perzië dat hij, samen met het Nederlands Blazers Ensemble, gisteren in Paradiso gaf.
De foto is van zijn Facebook, twaalf uur later waren er al 2756 ‘likes’…
[klik om te vergroten]

Datzelfde gevoel van overgave geven mij de opnamen van de muzikale ontmoetingen van kamancheh speler Kayhan Kalhor met Shujaat Husain Khan, zevende in de lijn van grote Indiase sitar spelers.
De vijf jaar dat ze, samen met tabla speler Swapan Chaudhuri, het ensemble Ghazal vormden, leverde een aantal fantastische opnamen op, waarin ze elkaar al improviserend tot grote hoogten opstuwen.
Het is ontroerend te horen hoe de musici elkaar in de improvisaties telkens vinden, ondanks de verschillen in cultuur en muzikale traditie – maar bezingt de ‘ghazal’ in de soefi poĂ«zie ook niet het verlangen naar de Geliefde?

Ghazal [Kayhan Kalhor, Shujaat Husain Khan, Swapan Chaudhuri]
[klik om te vergroten]

De vier Cd’s die Ghazal opnam, kunnen je al shakend in extase brengen:

  • Lost Songs of the Silk Road (1997)
  • As Night Falls on the Silk Road (1998)
  • Moon Rise Over the Silk Road (2000)
  • The Rain (2003) – live opname, Grammy nominatie

Helaas zijn er geen video’s van Ghazal, wel deze prachtige geluidsopname van Come with me, uit Lost Songs of the Silk Road:


Ghazal [Kayhan Kalhor, Shujaat Husain Khan, Swapan Chaudhuri] – ‘Come With Me’

Tot slot: ik ontdekte dat Ghazal, na een onderbreking van tien jaar, in maart 2015 weer concerten gaat geven…

Shaken (4) – Levensangst

Kanmancheh speelster – Isfahan, PerziĂ«, 1669

De muzikale verkenningen van The Silk Road Ensemble – ‘A Playlist Without Borders’ – zijn zo breed en gaan zo diep, dat het je de angst ontneemt voor het onbekende. Je kunt dan onbevreesd een volgende hoek omslaan, een nieuw avontuur aangaan.
Zo ben ik nu bij de ‘Persian and Indian improvisations’ van Ghazal aangekomen (een project van kamancheh speler Kayhan Kalhor) die je opzwepen tot ware duivelsdansen – nog steeds met beide voeten op de grond.
Het helpt je je levensangst te overwinnen, de basis van discriminatie, fundamentalisme en racisme.

Silent City – Lied voor Halabjah

De Iraans-Koerdische kamancheh speler Kayhan Kalhor van The Silk Road Ensemble schreef Silent City – onze bewegende meditatie van afgelopen woensdag – ter nagedachtenis van de tienduizend slachtoffers van de gifgasaanval van 16 maart 1988 op Halabjah, een stad in Iraaks Koerdistan. Het was de wraak van Saddam Hoessein voor de Koerdische rebellie tegen zijn leger tijdens de Irak-Iranoorlog.

Oorlogen en geruchten van oorlogen. Het schijnt de condition humain te zijn. Die oorlog woedt ook in jezelf: …woede – die tot je schrik zomaar gaat meedansen met de strijd op het wereldtoneel.
Als je de (Engelse) Wikepedia over de Irak-Iranoorlog leest – een lemma van vijftig A4’tjes – is dat even helemaal verdwenen. Oog in oog met die oneindige zee van menselijk lijden en menselijke waanzin, raak je verlamd en met stomheid geslagen. Dat gebeurt je niet zo vaak, meestal heb je het idee dat je iets kunt doen, en op z’n minst vind je er iets van.
Het was voor mij ook een schok dat die oorlog van acht jaar, indertijd nauwelijks tot me doorgedrongen is – een bloedbad dat qua omvang vergeleken wordt met de 1e Wereldoorlog, met ‘menselijke golven’, loopgraven en gifgasaanvallen, die ook op Iraanse steden waren gericht.
Nieuw element in het verhaal is het martelaarschap aan Iraanse kant, een voorafschaduwing van de zelfmoordaanslagen in onze tijd:

During the Fateh offensive [in February 1987], I toured the southwest front on the Iranian side and saw scores of boys, aged anywhere from nine to sixteen, who said with staggering and seemingly genuine enthusiasm that they had volunteered to become martyrs. Regular army troops, the paramilitary Revolutionary Guards and mullahs all lauded these youths, known as baseeji [Basij], for having played the most dangerous role in breaking through Iraqi lines. They had led the way, running over fields of mines to clear the ground for the Iranian ground assault. Wearing white headbands to signify the embracing of death, and shouting ‘Shaheed, shaheed’ (Martyr, martyr) they literally blew their way into heaven. Their numbers were never disclosed. But a walk through the residential suburbs of Iranian cities provided a clue. Window after window, block after block, displayed black-bordered photographs of teenage or preteen youths.
Wright, Robin (2001). Sacred Rage: The Wrath of Militant Islam 

Wat is het dan heerlijk als je iets aanboort wat je een grote vreugde en uitgelatenheid schenkt – en je de kracht van het leven weer voelt. Muziek kan je dat geven, mij althans kan muziek ontzettend blij maken.
Zoals de vreugde die ik voelde toen ik – het spoor van Master of Persian Music Kayhan Kalhor op het web volgend – deze verwarmende Perzisch-Indiase muzikale legering tegenkwam: