De stilte vieren

Het werk van Moeder Meera tijden een darshan

Afgelopen week bezocht ik in Voorschoten een darshan van Moeder Meera. Voor wie haar niet kent: het ‘mission statement’ van deze Indiase heilige luidt:

„Het doel van mijn werk is het naar beneden roepen van het Licht van Paramatman en het helpen van mensen. Daarvoor kwam ik – om jullie harten te openen voor het Licht.”

Moeder Meera is voor Klaaske en mij een oude liefde.
Door een samenloop van omstandigheden streek zij ooit neer in het Duitse Westerwald, in de omgeving van de stad Limburg. Daar hebben wij hebben haar vele malen bezocht, eerst in het plaatsje Thalheim, later in de Schaumburg, nabij Balduinstein a/d Lahn.
De laatste jaren leek de liefde wat bekoeld – tot ik de tip kreeg dat de berg nu naar Mohammed komt en zij met haar darshan ook Nederland aandoet.

Mijn lijfboek Ka – de geniale hervertelling van Roberto Calasso van de Indiase mythologie en heilige geschriften – leerde mij dat darshana ‘visioen’ betekent, waarbij “degene die kijkt zich volledig overgeeft aan wat hij ziet.”
Dat is ook wat er gebeurt tijdens de momenten dat je Moeder Meera van dichtbij in de ogen kijkt, ook al lijkt het nog zo vluchtig. Het is maar zelden dat wij iemand diep in de ogen kijken, zonder confrontatie, zonder strijd, een moment dat je helemaal leeft – en alleen leeft, juist in die ontmoeting.
Achteraf zoek je naar tekenen van ‘wat het je gedaan heeft’. We hadden in Duitsland altijd het gevoel dat iets van haar warmte – het is maar een woord – op ons afstraalde, het waren altijd bijzondere dagen die we daar samen, en soms met anderen, beleefden.

Een darshan van Moeder Meera vindt in stilte plaats – een heel andere benadering dan de intensieve uitwisseling bij Maarten Houtman. Als je voor haar zit en je naar haar toe buigt, beroert ze kort je hoofd (het moment dat op de foto is vastgelegd). Daarna richt je je op en je kijkt elkaar aan. Een korte knik is haar teken dat het voorbij is.
Ook in de zaal heerst stilte, een stilte die alleen maar dieper wordt door haar niet aflatende aandacht voor elk van de langskomende deelnemers. Toch merk je ook je eigen rusteloosheid bij de schier eindeloze rij die, op de knieën schuifelend over het middenpad, in die anderhalf uur voorbijtrekt.

Hier vieren we de stilte met de muziek van Alim Qasimov – volgens The New York Times “simply one of the greatest singers alive, with a searing spontaneity that conjures passion and devotion, contemplation and incantation.”
In onderstaande opname van het gerenommeerde Morgenland Festival in OsnabrĂŒck, wordt hij begeleid door een oude bekende, de Iraanse kamancheh speler Kayhan Kalhor.

Alim Qasimov & Fargana Qasimova – musiceren in extase

Rond Kerst hadden we een kleine reĂŒnie in het huis van een Iraanse oud-collega in IJburg. Ik gaf hem het zelf samengestelde plaatje ‘Kayhan Kalhor Along the Silk Road’ cadeau, met muziek van de Perzische kamancheh virtuoos.
Hij keek er wat vlak naar en zei: “Ja, die man ken ik.”
Sinds de VPRO-documentaire ‘Onze man in Teheran’ van Thomas Erdbrink, begrijp ik inmiddels iets beter hoe gecompliceerd de verhoudingen in dat land liggen, dus ongetwijfeld ook in de muziek. Daar is welhaast ieder leven een politiek statement.
Toen vroeg mijn gastheer – een groot liefhebber van Westerse klassieke muziek: “Ken je muziek uit Azerbeidzjan?”
Ik moest stevig nadenken, over de locatie en andere hoedanigheden van het land, en wist ‘Het ligt langs de zijde-route’. Ik herinnerde me ook dat mijn collega over zijn afkomst eens gezegd had, dat de aardrijkskundige grenzen in die contreien soms bevolkingsgroepen en taalgebieden willekeurig doorsnijden.

Ik was benieuwd en ging in de OBA kijken wat ze op de plank hadden – met ‘Sufi’ als richtlijn – en kwam thuis met een plaatje van Alim en Fargana Qasimov (vader en dochter) met ‘Spiritual Music Of Azerbaijan’.
Wat een wonder! Ik was direct betoverd door hun stemmen, die springen en kronkelen en overslaan met een ongelooflijke lenigheid. En ik was helemaal verkocht toen ik een aantal video’s van hen zag en beluisterde, waarin ze musiceren met gerenommeerde Westerse ensembles.

Nusrat Fateh Ali Khan is nog steeds mijn ster bij uitstek – zie ook de gewijzigde cover-afbeelding van de blog. Maar nu is het even de familie Qasimova wat de klok slaat, dus voeg ik nog een tweede video toe, waarin ze samenspelen met het Kronos Quartet:

Allah Hoo – Het triomfantelijk cantate, jubilate, exultate van Nusrat Fateh Ali Khan

“The rush and pressure of modern life are a form, perhaps the most common form, of innate violence. To allow oneself to be carried away by a multitude of conflicting concerns, to surrender to too many demands, to commit oneself to too many projects, to want to help everyone in everything is to succumb to violence. More than that, it is cooperation with violence. The frenzy of the activist neutralizes his work for peace. It destroys his own inner capacity for peace. It destroys the fruitfulness of his own work because it kills the root of inner wisdom which makes work fruitful.”
Thoma Merton: Conjectures of a Guilty Bystander, p. 81

Ik voelde me plotseling begrepen in mijn worsteling van de laatste tijd, toen Klaaske dit citaat van Thomas Merton voor me opspitte uit de sociale media.
Bladerend in zijn boek vond ik nog een andere passage die me erg blij maakte, waar hij het heeft over de ‘praising universe’ van het Oude Testament en de psalmen, “of which man is a living and essential part, standing shoulder to shoulder with the angelic hosts who praise Yaweh – and praise is the surest manifestation of true life.”

Een betere sfeertekening van het triomfantelijk cantate, jubilate, exultate van de Qawwals van Nusrat Fateh Ali Khan kun je niet geven, de lof van Allah zindert door de zaal en komt zinderend je lichaam binnen.
Om in de stemming te komen, hierbij nog eens zijn juichende Allah Hoo, in zo’n prachtige uitvoering dat het het gebrek aan videobeelden doet vergeten. Eronder vindt je de complete tekst.

“Allah Hoo” by Ustad Nusrat Fateh Ali Khan.

Aaaa (Sufi Chants)

Ruler of the world, he has no companions
The promised one, there is nothing but you
Every great scholar is your student
In every scent, there is nothing but you
Creator of and worshipped by both worlds
Every thing is witness to your manifestation
On everyone’s lips is your prayer
In every chord, every song is your presence

Every beginning is with your name
With your name ends everything
Your praise is ‘praise be to Allah’
That you are the God of my Mohammad

Allah Huu! Allah Huu! Allah Huu!
Allah Huu! Allah Huu! Allah Huu!

When this earth and world did not exist
When there was no moon, sun or sky
When the secret of the truth was still unknown
When there was nothing, there was you

Allah Huu! Allah Huu! Allah Huu!
Allah Huu! Allah Huu! Allah Huu!

Everything is a reflection of your glory
Every thing cries out that you are the Lord

Allah Huu! Allah Huu! Allah Huu!

It is the distinction of your enthralling visage
You are the unrivalled Lord of the Universe

Allah Huu! Allah Huu! Allah Huu!
Allah Huu! Allah Huu! Allah Huu!

You who shows new beauty every instant
Surprises even those who yearn for more
Every sapling sings of your creation
Every leaf is a signature of your nature

Allah Huu! Allah Huu! Allah Huu!
Allah Huu! Allah Huu! Allah Huu!

My God, you are the splendor you promised
You are the curiosity, you are the desire
The light of my eyes, the voice of my heart
You were, you are, and will be only you

Allah Huu! Allah Huu! Allah Huu!
Allah Huu! Allah Huu! Allah Huu!

(Sufi Chants…)

Allah Huu! Allah Huu! Allah Huu!
Allah Huu! Allah Huu! Allah Huu!

You are everything, what is the argument in this
The whole world is searching only for you
Even as your magnificence is in every corner
He has no companions, Lord of the world

Allah Huu! Allah Huu! Allah Huu!
Allah Huu! Allah Huu! Allah Huu!