Texelhopper (2)

“Ga jij maar weer aan je blog werken, je hebt nu toch even niks aan mij,” zei Klaaske vanochtend, de slaap uit haar ogen wrijvend.
Maar toen ik hier weer achter het scherm zat, vroeg ik me af: “Maar wat hebben lezers aan mijn blog?”

De Eierlandse Duinen bij zonsondergang [klik om te vergroten]

Vanochtend vroeg stond ik weer op ‘mijn’ uitzichtsduin, twee minuten lopen van ons huisje op ‘Landal Sluftervallei’. In het oosten tekende zich de dag af met een rossige vlek aan de einder. Over de duinen, richting zee, flakkerden tweemaal per tien seconden de lichtbundels van vuurtoren Eierland, op de Noordkaap van Texel. Beneden lag het vakantiepark, met lichtsnoeren langs de gevels van de Centrum gebouwen. Boven mij prijkten nog sterren aan de nu bleker wordende ochtendhemel.
Het was m’n laatste klim naar het duin, morgen reizen we weer af, richting Amsterdam.

Wij zijn al duizenden jaren gewend de aarde te exploiteren – en nu moeten wij, binnen een limiet van enige tientallen jaren, met haar leren samenwerken. Hoe zal ons leven er straks uitzien, nu het tijdperk van het ‘Nut’ ten einde snelt?
Texel was in vorige eeuwen nog een wingewest, evenals het aan het spel van de zee overgeleverde Eierland. Dat was toen nog een eiland, los van Texel, waar zeevogels hun eieren legden in eindeloze kolonies. In die tijden werden daar per jaar 60.000 eieren ‘geoogst’, die naar Amsterdam gingen om er beschuit van te maken…
Nu maakt Vogelbescherming in deze contreien de dienst uit – maar welk ‘nut’ hebben onze gevederde vrienden, nu eieren rapen verboden is? En welk ‘nut’ heb ik als ik naar ze kijk, en van hen geniet – welk ‘nut’ heeft de Homo Ludens?

Of wordt er iets heel anders van ons verwacht?
Zoals Maarten Houtman dichtte:

Dat je je bewust wordt
wat ĂĄchter al dat komen en gaan
werkt
terwijl het steeds er is
onvergankelijk er is –
en zich bewust wordt
van alles wat gebeurt.

Jij bent Ă©Ă©n van die ogen en oren
in het onvoorstelbaar grote gebeuren,
het gaat erom
dat je je ogen open hebt
en je oren open
en je ziel geopend
voor wat er gebeurt.
Dan hoef je je geen zorgen te maken
je zult vanzelf doen wat nodig is.
Daarvoor heb je het oordeel van een ander,
de goedkeuring of de afkeuring
niet nodig, dat dĂłe je.
Net zoals je hand naar het kopje beweegt
wat je wilt oppakken om uit te drinken,
zĂł vanzelf
zonder enige bedenking,
zoals je een kopje oppakt
zo is het leven wat je leeft.

Maarten Houtman, De ziel zingt in aandacht

Texelhopper (1)

Klaaske aan zee, op een verlaten strand bij Paal 28, Texel 28 november 16u36
[klik om te vergroten] 

Vijfentwintig jaar geleden – Klaaske en ik woonden nog op ‘Hobbitstee’, aan de Binnenkant in Amsterdam – vatte ik het plan op om te gaan joggen. Die zesendertig vierkante meter woonboot was op den duur wat aan de krappe kant voor twee personen… Ik moest m’n energie ‘kwijt’, zoals dat heet.

Ik was al een aantal jaren op vertrouwde voet met Maarten Houtman, en hij waakte ook over mijn lichamelijk welzijn. “Wat je ook kunt proberen is snelwandelen,” zei hij toen ik mijn voornemen kenbaar maakte, “dat heeft als voordeel boven hardlopen dat je niet met elke stap met je hele gewicht op Ă©Ă©n knie terechtkomt. Het spaart dus je knieĂ«n.”
Ik was heel verrast dat hij over dit soort zaken ook ideeën had. Maar het leek me een zinnig advies en ik volgde het op. Zo heb ik me een tijdje met korte, snelle passen door de stad gerept, en na onze verhuizing naar Noord jarenlang door de polders van Waterland. Met het veilige gevoel dat ik me zo zonder veel risico uit kon leven.
Toen ik in 2007 geleidelijk aan op shaken overschakelde, had ik m’n knieĂ«n al die jaren dus bewust gespaard. Ik kon onbevangen aan het shaken slaan.
Shaken betekende ook een overgang van energie ‘kwijtraken’ naar een bewuste omgang met energie. Maarten heeft me, toen ik nog jogde, Ă©Ă©n keer gezegd “dat dat niet voldoende was” als oefening – hij drong nooit aan. Maar ik begreep wel degelijk wat hij bedoelde. Ik was dan ook heel blij toen ik het shaken aangereikt kreeg … op voorspraak van hem. Eindelijk kon ik dan vooruit met een eigen, inhoudelijke oefening! Stilzitten is nooit mijn sterkste kant geweest…
Na negen jaar shaken ben ik me inmiddels zeer bewust geworden van m’n knieĂ«n, en merk soms dat ik ze toch overbelast. Dan neem ik gas terug, varieer de beweging of sta een tijdje stil op m’n voeten – je wordt je steeds meer bewust dat je lichaam eindig is en dat je er zuinig op moet zijn.
Ik maakte vandaag in de avondschemering een wandeling door de duinen, niet ver van ons huisje hier op Texel, en moest aan het advies denken wat Maarten me toen gaf. Ook nu is hij nog altijd dichtbij.

Dhafer Youssef in het Concertgebouw – een sufi met een onorthodoxe boodschap

Aaron Parks, piano; Dhafer Youssef, oed; Ben Williams, bas; Justin Faulkner, drums
tijdens het concert ‘Diwan Of Beauty And Odd’ gisteren in het Concertgebouw
[foto Ingrid Bakker – klik voor vergroting]

Na een jarenlang verblijf in Wenen is jazzmusicus, oed speler en zanger Dhafer Youssef teruggekeerd naar zijn geboorteland TunesiĂ«. Wij hier zijn niet langer het centrum van de wereld…
Maar Youssef stelde voor zijn nieuwe album Diwan Of Beauty And Odd – waar hij gisteravond in het Concertgebouw uit speelde – wel in New York een geheel nieuwe crew samen: Aaron Parks, piano; Ben Williams, bas; Mark Giuliana, drums en Ambrose Akinmusire, trompet (was er gisteren niet bij).
“Een droombezetting,” zegt jazz recensente Vera Vingerhoeds, “zij voegen een enorme kracht toe; het zijn dan ook niet de minsten die hier meespelen: zeker Mark Giuliana zorgt voor een hechte groove en power in veel stukken.” (in plaats van Giuliana speelde gisteren Justin Faulkner, die er ook mocht wezen…).
Vingerhoeds begint haar recensie van het album Diwan Of Beauty And Odd als volgt:

De kracht van de weemoed
Dhafer Youssef staat bekend om zijn indringende manier van zingen, zijn weemoedige melodieën, zijn crossover van arabische muziek en jazz en zijn samenwerkingen met vele andere musici in Europa. In zijn muziek versmelten jazzimprovisaties en klassieke Arabische muziek.
Youssefs muziek wortelt in de spirituele soefi-traditie, maar hij heeft altijd opengestaan voor muziek uit andere hoeken, zoals jazz, rock en elektronica.‹ Maar of hij nu met arabische musici of jazzmusici werkt; rock, electronica of jazzelementen in zijn muziek stopt: de weemoed van de traditionele sufimuziek en de melancholie in zijn stem zijn er altijd.

Als je na een concert de volgende ochtend blij wakker wordt, weet je zeker dat er een (muzikaal) wonder is geschied… De primal scream van Dhafer Youssef in het Concertgebouw, zijn stralende aanwezigheid, humor en opgewektheid – het voelt als een vonk van de oerenergie.
In bovenstaande trailer lees je: “His music is an expression of the love of living”.
Dat deed me denken aan “l’Amour de la vie”, het album van Arthur Rubinstein wat destijds zo’n diepe indruk op me gemaakt heeft. Hier de link naar de gelijknamige documentaire die François Reichenbach maakte ter gelegenheid van Rubinstein’s 70e verjaardag: L’amour de la Vie (The Love of Life)

Het optreden van Dhafer Youssef vond plaats in het kader van de eerste editie van het Ud Festival, waar de Arabische luit (de oed) centraal staat. Voor de pauze werden we zo verrassenderwijs vergast op een zeer melodieus oud kwartet Ă©n op het – traditionele – Amsterdams Andalusisch Orkest, dat het Festival organiseerde.

Tenslotte een preview van Diwan Of Beauty And Odd, het nieuwe album van Dhafer Youssef, dat ik gisteravond kocht en nog ga beluisteren.

Dhafer Youssef Quartet – Les Ondes Orientales

Terug van vakantie…
…hebben we ons in onze huiskamergroep gedompeld in de heerlijkheden van het leven. Er te mogen zijn, elkaar te mogen beleven, ieder in zijn of haar wereld, elkaar toch te kunnen bereiken…

Ook de muziek speelde daarin mee.
Dhafer Youssef weet je hart te raken, omdat hij met zijn hart speelt – in bijna letterlijke zin. Hij speelt met zijn lichaam, gebruikt zijn stem als instrument. Zoals ook zijn muzikanten “spelen met hun lichaam” – zie de pianist hieronder in ‘Les Ondes Orientales’ springen en dansen op zijn pianokrukje, de bassist zijn bas omarmen, de drummer zijn bekken strelen…
Het goddelijke instrument van ons lichaam, dat wij zo primitief bespelen, er bij voortduren als wilden mee omspringen…

Het was woensdagavond ook weer heerlijk de vloer te ontdekken, die al shakend met je voeten af te tasten, op die hemelse muziek – waar de mens zwijgt, is god…
Hieronder straks ‘onze’ muziek.

Eerst dit fenomenale concert, waarin Youssef en de zijnen de sterren van de hemel spelen – hun laatste album: Birds Requiem (2013), moest toen nog komen.
Het nummer Les Ondes Orientales (‘Oosterse golven’) is afkomstig van het album Abu Nawas Rhapsody uit 2010. Luister naar het Dhafer Youssef Quartet, live tijdens Jazz Sous Les Pommiers (13/05/2010):

Hierbij een recensie van dit optreden van www.last.fm, met details over de musici:

“Les Ondes Orientales” slowly builds in intensity, leading to a solo section for Armenian-born pianist Tigran Hamasyan that, following Youssef’s ascendant vocals, turns to modal territory—the pianist’s inside/outside playing creating some fierce tension and release, bolstered by Canadian bassist Chris Jennings and American drummer Mark Giuliana, who lights a serious fire underneath the group.

Op 2 november staat Dhafer Youssef in het Concertgebouw, met geheel nieuw ensemble uit de New Yorkse jazz scene. Komt dat zien!

Tot slot de shake muziek van de week: Sparkling Truth, van het album ‘Digital Prophecy’ uit 2003. Youssef verkeerde toen nog helemaal in de Noorse jazz scene, met Eivind Aarset, Dieter Ilg, Rune Arnesen, Ronu Majumdar, Bugge Wesseltoft en Jan Bang:

Shaken (5)

“Blijf met je voeten op de aarde,” zeg ik vaak tegen mezelf, “dan gaat alles goed.”

Nu roept het balkon dat ik daar moet zijn.
Het is een stille nacht, de volle maan is achter het belendende flatgebouw verdwenen. Wel is er de zachte zindering van de stad.

Hier op mijn scherm, met het bureaublad van de legendarische ‘NASA-Apollo8-Dec24-Earthrise’, steekt de aarde als een blauwe, bewolkte maan af tegen het zwart van de oneindige ruimte.

Altijd weer terug naar de aarde, als een mot die danst om een lamp.
En waarom danst hij?
“Om niet voort te gaan te maffen in geloof, maar wakker te zijn” – to be awake, or not to be.

Het wakend oog van de aarde [klik om te vergroten]

Waterdier

Ik ben geboren in Oog in Al, niet ver van het Amsterdam-Rijn kanaal. Later speelde ik langs de Hollandse IJssel – de dorpsjeugd noemde me ‘Hein de kikker’, omdat ik wars was van hun wrede spelletjes. M’n verdere jeugd woonde ik in Nijmegen, stad aan de Waal, en ik heb vervolgens in Amsterdam dertig jaar op een boot gewoond in de Oude Waal.
Kortom, je zou zeggen: die Hein is een echt waterdier…
Maar niets is minder waar. Zwemmen kon ik nauwelijks, aan watersport heb ik nooit gedaan, zelfs geen bootje bij de ark. Wel was ik altijd dol op de zee en het strand – en dat ben ik nog steeds. Wat was ik blij toen ik, na een rondreis over het Chinese vasteland, bij Hong Kong eindelijk de zee zag: “Thalassa, Thalassa!” juichte het in me.

De HZ1 spreidt zijn vleugels… [klik om te vergroten]

De laatste jaren heb ik aan boord van ‘De Vrijheid’ van schipper Ingrid Bakker leren genieten van het doorklieven van het water, van de hoge luchten en het platte nat van de Loosdrechtse plassen.
Gisteren was ik met Ingrid mee naar het jaarlijkse uitstapje van de Vereniging Botterbehoud, dit jaar met het Gooise Huizen als uitvaarthaven.
Toen ik aankwam zag ik ze daar liggen, met hun neus tegen de kade, een indrukwekkend rij houten gevaarten – kuipen bijna – met de mast van een reusachtige Zweedse spar. Mijn oog viel direct op de Huizen EĂ©n – HZ1, mijn initialen – ik wist gelijk: dit wordt mijn boot!
Ze droeg het bouwjaar 1901 en de naam van Margot Schaap, dochter van de Huizense botterbouwer, van wiens helling ooit 200 van deze schepen te water werden gelaten.

Lunchpauze, met de de rest van de vloot langszij [klik om te vergroten]

Met elf passagiers en drie bemanningsleden voeren we uit over het IJsselmeer, dat aanvankelijk glad was. Maar al gauw werden de reusachtige, bruine zeilen gehesen – wat op de boot groot alarm betekende. Men ontvouwde het doek, rende met gieken en ra’s, trok aan de touwen en paste de gaffel in de mast. En ik maakte me klein, aan de rand van de kuip, mĂ©t zwemvest…
Maar, hm…, ik heb ook nog aan het roer gestaan, voelde me even schipper naast God … weliswaar niet zonder commentaar van de aardse schipper, ik was niet koersvast – maar dat hoor ik m’n hele leven al. Altijd dezelfde…

Hollandse taferelen [klik om te vergroten]

Ik woon nu twintig jaar op de vaste wal â€“ maar wel aan de rand van Waterland…
Toch ben ik me sinds gisteren een beetje meer ‘Hollands’ gaan voelen, waterlander – met terugwerkende kracht. Voor m’n geestesoog trekken al die historische doeken voorbij, zeegezichten, redes van steden, varende schepen, het lage land bij de zee…
Water, water, water…

De ‘muziek van de week’ – ook langs het water – is het prachtige themanummer van het album Vague van oed speler Anouar Brahem. Brahem op zijn allermooist…
Daarna het even ontroerende Vague var., van de cd Le voyage de Sahar.

Klik na de start op ‘YouTube’ om de video’s op volledig scherm te bekijken

De oed van Abou-Khalil

Dankzij Jeltje Musch zijn we weer een oed-speler rijker: de uit Libanon afkomstige Rabih Abou-Khalil, die het instrument vanaf z’n vierde jaar had leren bespelen – dat is daar een beetje zoals wij hier onze kinderen naar pianoles sturen. Khalil ontvluchtte in 1978 de niets ontziende burgeroorlog in Libanon en vond onderdak in MĂŒnchen, waar hij een klassieke opleiding fluit volgde. Van daaruit zag hij de mogelijkheid zijn oed-achtergrond in de Westerse muziek te integreren. Hij zocht vervolgens de jazz scene op, zoals die beide Tunische oed-grootheden Anouar Brahem en Dhafer Youssef na hem ook deden.
Ook bij Rabih Abou-Khalil levert deze clash of cultures verrassende, warme muziek op, waarin, ondanks de schwung, zijn Arabische oorsprong sfeerbepalend blijft en als een geheimzinnig accent met je meereist. Op latere video’s zie je dat hij zijn oed steeds meer als gitaar gaat bespelen.

Luister eens naar de animerende Lewenski March, waarin ook Abou-Khalil’s vaste kompaan, tuba speler Michel Godard is te horen. Als je je in dit koper-geweld als oed-speler weet te handhaven, moet je wel van goeden huize zijn…

Omdat we Rabih Abou-Khalil meer tegen zullen komen – ik heb inmiddels vijf plaatjes van hem gereserveerd bij de OBA – wat meer details.
Er is om te beginnen zijn wondermooie website: www.rabihaboukhalil.com. Klik en zie hoe de kameel – die uit Arabische schrifttekens of arabesken is opgebouwd – Ă©Ă©n voor Ă©Ă©n zijn vrachtjes aflegt en daarna ontspannen met koptelefoon op meedeint met de muziek…
Abou-Khalil blijkt ook een begenadigd beeldend kunstenaar te zijn, getuige alle prachtige covers in Oosterse sfeer die hij voor zijn albums bij platenlabel Enja Records ontwierp. De kameel keert terug op de cover van het album Blue Camel:

[klik om te vergroten]


Hieronder de ‘shake-muziek van de week’, het gelijknamige nummer van de cd Bukra (1994) â€“ ‘Bukra’ betekent volgens nl.urbandictionary.com ‘Arabic for tomorrow, often used in the same manner as the Spanish “mañana”‘.

Silence out loud

De blog-auteur voor Airscape van JCJ Van der Heijden (2005), venster op de
‘planetaire stilte, de soevereine stilte van de sferen’ (foto Emilie van de Raa)
[klik om te vergroten]

wat is er in de wereld nog echt
behalve de stilte der sferen
waar zon, maan en sterren
onze blik ontmoeten

o maan, je bent zo ver weg
voor mijn reikend verlangen
je bent voor een sterfelijk wezen
zo wezensvreemd

‘wat is er Ă©cht in je leven,
dat is waar meditatie over gaat’
de zon, maan en sterren
die onze blik ontmoeten

Schrijver Joost Zwagerman (1963-2015) werkte twee jaar aan een tentoonstelling rond het thema ‘stilte’, die hij de titel Silence out loud meegaf (vrij vertaald: Schreeuw het uit in stilte). Een paar maanden voor de openingde tentoonstelling was rond, Zwagerman had zelf stad en land afgereisd om kunstwerken bijeen te brengen – pleegde hij zelfmoord.
Niet alleen de betrokkenen, maar heel kunstminnend Nederland was geschokt.
Kees Wieringa, directeur van museum Kranenbugh in Bergen, waar de tentoonstelling is ingericht, gaf het volgende, moedige, commentaar: “Wij betreuren het zeer dat Joost niet de verlangde stilte vond om zijn leven te kunnen aanvaarden. Wij wensen zijn geliefde, kinderen, familie en vrienden alle kracht en troost toe.”

Maar men besloot de tentoonstelling door te zetten, als hommage aan Zwagerman.
Ik heb daar uiteindelijk dankbaar gebruik van gemaakt, ik ben er drie keer langs geweest en heb genoten van de keuze van Joost.

Hendrik Kerstens, Bag [‘geïnspireerd door de stilte in het werk van Vermeer’]
[klik om te vergroten]

Toch blijft de titel ‘Silence out loud’ intrigeren, zeker na Zwagerman’s zelfgekozen dood.
In zijn artikel â€˜De immense intensiteit van stilte’ (NRC, 12 december 2015) vertelt recensent Daan van Lent dat Wieringa en Zwagerman een gezamenlijke liefde bleken te hebben voor het werk van fotograaf Sannen Sannes. Wieringa hierover:

“Sannes is in 1967 tegen een boom gereden met drie fotomodellen in zijn auto. Joost was gefascineerd door het geluid ná zo’n klap. Dat deed hij na door hard met zijn vuist in zijn hand te slaan. En de stilte daarna te laten klinken. Zo ontstond het idee om een ‘gewelddadige tentoonstelling’ aan stilte te wijden. Bij stilte denk je aan sereniteit, maar dit is een luidruchtige stilte. Joost kwam direct met de titel: Silence out loud. Ook het openingsbeeld had hij al voor ogen: een still uit de video Relation Work & Detour, waarin Marina Abramovic en Ulay schreeuwend tegenover elkaar staan.”

Dan vraag je je af: was de stilte waar Zwagerman naar verlangde, misschien de vrede van de dood, als verlossing van een leven dat door hem als gewelddadig ervaren werd…

Als muzikale expressie van ‘stilte’ heb ik voor 4’33” gekozen, een compositie van John Cage, uitgevoerd door Reinbert de Leeuw tijdens DWDD van 13 dec 2010. Weliswaar verzuipen die 4Âœ minuut stilte bijna in het spraakwater van Matthijs van Nieuwkerk en Reinbert de Leeuw zelf, maar het doet Jan Mulder na afloop toch verzuchten: “Ik ben blij dat ik dit heb mogen meemaken…”
Kijkcijfer-expert René van Dammen vertelde onlangs dat, waar de kijkcurve meestal een flinke deuk krijgt als de actie op het scherm stokt, deze uitzending na een korte neergang het omgekeerde effect liet zien, waarbij vooral jongere kijkers weer waren gaan kijken.
Zouden ouderen zo slecht tegen stilte kunnen?

Silence out loud is nog tot 12 juni te bezichtigen in Museum Kranenburgh in Bergen.

Vijlens dagboek (slot)

De Limburgse heuvels deden me de zee even vergeten

Heimwee

Mist trekt over land, contouren vervagen
nog even en ik mag weer naar zee
om het onverschillige land te vergeten
door generaties doorploegd en bezeten

De heuvels deden de zee even vergeten,
ik shake hier offshore, weg van de kust
ver weg van het geluid van de branding
alleen onder de sterren, moederziel alleen

Het tweede deel van het Desert Blues Project uit Mali, met het Toeareg vrouwen-ensemble Tartit uit Timboektoe.

Vijlens dagboek (5)

Shakend op het terras, onderweg naar Timboektoe…

Bewustzijn

Alleen onder de sterren
zou ik geen stap kunnen zetten
als gij in uw grote wijsheid
mij niet bij de hand nam
mij in mijn onwetendheid onderwees
er is niets wat ik zonder u doen kan.

Ben ik dat? Ik herken mezelf niet…
Gij weet wel beter.
Ge hebt de korrels geteld aan het strand
de sterren gevormd met uw hand
de mens geschapen naar uw beeld
maar gij blijft het grote mysterie.

Timboektoe ligt nu midden in de woestijn, 13 km ten noorden van de Niger

We waren de vorige keer in Timboektoe beland. Hoe nu verder?
We gaan op weg naar Bamako, hoofdstad van Mali!
We volgen de Route National 6. De afstand is 1.008 km, de rijtijd 13,5 uur. Direct ten zuiden van Timboektoe steken we bij Kabara in een half uur met de pont de Niger over.

In Bamako aangekomen, duiken we in de muziek van het Desert Blues Project.
We kwamen de naam ‘Desert Blues‘ al eerder tegen, voor die fantastische verzameling Afrikaanse muziek in drie albums, totaal 6 Cd’s.
Hier is Desert Blues een muziekproject met Habib KoitĂ©, Afel Bocoum en het Toeareg vrouwen-ensemble Tartit uit Timboektoe. Het project brengt de uiteenlopende muzikale roots van het Afrikaanse land bijeen en strijdt voor een vreedzaam en verenigd Mali.
Regisseur Michel Jaffrennou slaat in de film Desert Blues Musikprojekt aus Mali zijn bonte dagboek open en nodigt de kijker uit voor een fantastische reis naar het hart van Mali. Arte TV maakte er twee video’s van, waarvan de eerste hieronder staat (en onderstaande tekst aan ontleend is), de tweede volgt later.

Alle aan Desert Blues deelnemende muzikanten zijn dichters. Ze bespelen traditionele instrumenten, zoals:
– tinde (Touareg trommel);
– tehardant (driesnarige luit, door mannen bespeeld);
– balafoon (soort marimba);
– imzad (eensnarig, gebogen instrument van kalebas, door Touareg vrouwen bespeeld).
Maar de deelnemers maken ook gebruik van de elektrische gitaar. Op het podium vallen ze in bij elkaars liederen en vermengen zich de verschillende talen.
Het ensemble Desert Blues combineert traditionele klanken met hedendaagse muziek. Op elk concert is voelbaar met welk enthousiasme ze de muziek in het hedendaagse Mali nieuw leven in blazen.

  • Gespeelde muziek: ‘Woulaba’, uit het album Baro (2001); 
  • Musici: Habib KoitĂ© & Bamada.