De huilende paarden van Achilles

Henri Regnault, Automedon with the Horses of Achilles, 1868. Museum Boston

Homerus’ Ilias, het grote epos waarmee de Westerse literatuur een aanvang neemt, is vol van oorlog. Maar het is, net als de Mahabharata, óók een religieus boek, waarin de goden meespelen en het lot van de mens bepalen.

De oorlog draait eigenlijk om twee vrouwen. De ene is de ‘goddelijk mooie’ Helena, door de Trojaan Paris geschaakt, waarmee de strijd tussen het verbond van Grieken onder Agamemnon en de Trojanen, onder Hektor, begint – en zich tien jaar lang voortsleept.
De andere vrouw, BrisĂ©ĂŻs met-de-bekoorlijke-wangen, ‘oorlogsbuit’ van de Griekse held Achilles, wordt hem door aanvoerder Agamemnon afgepakt, wat tot de wrok van Achilles en tweespalt onder de geallieerden leidt.

Keerpunt in de strijd tussen de ‘paardenfokkende’ Trojanen en de AchaiĂ«rs is de dood van Patroclos, hartsvriend van Achilles, die zich liet vermurwen toch mee te vechten. Hij trekt ten strijde in wapenuitrusting en met de strijdkar van Achilles, waarvoor de onsterfelijke paarden XĂĄnthos en BĂĄlios gespannen waren – zonen van de windgod Zefyros en de harpij Podarge.
Onderstaande ontroerende scene, waarin de paarden huilen om de dood van Patroclos, was voor mij het hoogtepunt van de Ilias (tekst in de nieuwe bewerking van Imme Dros):

 
Naast het strijdperk vergoten de paarden van Aiakos’ kleinzoon
bittere tranen sinds zij hoorden dat Patroklos in het
stof lag, gedood door de handen van mannenvernietiger Hektor.
Hoe vaak Automedon, fiere zoon van Diores, ze ook een
snelle tik met de zweep gaf, hoe vaak hij ze met een zoet lijntje
of met dreigende woorden ook weer op gang wilde brengen,
allebei weigerden zij naar de schepen te gaan aan de brede
Hellespont, of naar het slagveld waar de Achaiërs nog vochten.
 
Stokstijf bleven ze staan als een standbeeld dat op de grafterp 
staat van een dode, van een man of een vrouw, even roerloos
stonden ze voor de stralend mooie strijdkar, de hoofden
diep naar de aarde gebogen. Van hun oogleden gleden
steeds hete tranen op de grond neer terwijl ze rouwden
om het gemis van hun wagenmenner; hun welige manen,
neerglijdend onder het juk langs de zijkussens, raakten bezoedeld.
 
Kronoszoon Zeus kreeg erbarmen toen hij de paarden zag huilen,
en hij schudde zijn hoofd terwijl hij zacht bij zichzelf zei:
“Ach, arme dieren, waarom gaven wij jullie, die eeuwig
jong en onsterfelijk zijn, aan Peleus, een sterflijke koning,
om ongelukkig te zijn bij diepongelukkige mensen?
Want er bestaat nu eenmaal niets ongelukkigers dan de
mens van alles wat er op aarde ademt en rondkruipt.”
 
Het verhaal van het ‘Trojaanse paard’, waar ik de Ilias lezend naar uitzag, blijkt overigens niet daarin, maar in Homerus’ Odyssee voor te komen.

 

Nu naar de andere kant van de aarde…

Het paard staat in hoog aanzien in Mongolië [klik om te vergroten]

Een ander land waar paarden tot op de dag van vandaag een goddelijke status hebben, is MongoliĂ«. Ik bezocht het in 2010, na een reis van drie dagen met de Trans-SiberiĂ« Expres, die ik overleefde ‘riding the train’ – shakend in het gangpad, terwijl de trein onder m’n voeten danste.
Op een negendaagse rondreis per ‘steppenbusje’ zagen we temidden van de oneindige vlakten regelmatig kuddes paarden, en ruiters die als gebeiteld op hun rijdier zaten.

Tijdens een verblijf in een ger  een Mongoolse nomadentent – kregen we een concert voorgeschoteld door een rondreizend muziekgezelschap. Ik bewoog enthousiast mee op de muziek, die ongeveer zo klonk (let ook op de paardenkoppen in de krul van de strijkinstrumenten):

Auto-foetussen op sterk water – op atelierbezoek in Rotterdam

Zijn wetenschap en techniek een samenzwering van de mens – als ik sommigen mag geloven: van de man 😉 – tegen de natuur?
Kunstcriticus Anne Berk, in wier gevolg ik me gisteren weer eens voegde, heeft daar een heel andere visie op: de cultuur – en dus ook de techniek, en onze steden en snelwegen – zijn onderdeel van de natuur, zoals een termietenheuvel dat is. Bij de mens is alleen het probleem dat hij door zijn object love (tevens titel van een beoogde tentoonstelling van Anne over dit thema) zich dusdanig heeft overgeleverd aan zijn scheppingen, dat die de heerschappij dreigen over te nemen.
Het is een oud thema, dat onder andere tot uitdrukking gebracht wordt in het werk van Thomas Bayrle, waar op de dOCUMENTA (13) een hele hal aan gewijd was – zie onderstaande video met een gesprek-met-beelden over zijn werk:

De Rotterdamse kunstenaar in wiens atelier we op bezoek gingen, Olaf Mooij, is geen autodidact – hij was een jaargenoot van JosĂ© op de academie – maar wel verandert alles wat hij aanraakt in auto. Tot de prachtige, gelei-achtige ‘auto-foetussen’ aan toe – fantastische vormen, in allerlei stadia van ontwikkeling, die op olie in glazen potten op de tafel stonden waaromheen we ons hadden geschaard.

Olaf Mooij, Auto’s op sterk water [klik om te vergroten]

Toch bleek Mooij meer een knutselaar te zijn dan de conceptuele kunstenaar die bij het verhaal paste. Toen we, op zoek naar zijn atelier, koukleumend in de hagel op dat bedrijfsterrein in de Rotterdamse havens stonden, konden we aan een aantal uitbundig opgesierde sloopauto’s die langs de straat stonden, al zien dat we daar ergens moesten zijn. Gelukkig was een telefoontje voldoende om Olaf met een arm vol paraplu’s naar buiten te doen snellen – een praktische geest Ă©n een hartelijk gastheer.

Overigens, op zoek naar een openbaar vervoer routing op Google Maps, kreeg ik de mededeling ‘We kunnen geen OV-route berekenen’. Dus dat werd de auto.

Maar mensen, laat u niet bedriegen, dit is immers een muziekblog. Dit hele praatje was alleen maar een opmaat tot het nummer ‘Al Hallaj’ uit het album Electric Sufi – ook die moeten met hun tijd meegaan – van Dhafer Youssef:

Kudsi Erguner – Vals

Om naar te luisteren: de ‘Vals’ uit Sufiyan van het Ensemble Kudsi Erguner, waar we gisteren in de huiskamergroep op geshaket hebben. Inderdaad, betoverende muziek…
Ook de rest van de Cd is absoluut de moeite waard 😉

Foto Ingrid Bakker [klik om te vergroten]

Ingrid Bakker was verleden week bij een uitvoering met draaiende Derwisjen van het Konya Turkish Sufi Music Ensemble in Utrecht, waar ze bovenstaande foto maakte. Ze vond de sfeer die werd opgeroepen indrukwekkend.
En kijk aan, er stond al een flits uit deze ‘sema ceremonie’ op YouTube (de tweede datum die vermeld staat – 7 januari 2015 – zal een abuis zijn):

Een kleine zoektocht op het web leerde me, dat het Konya Turkish Sufi Music Ensemble het huisensemble is van het Konya International Mystic Music Festival, dat sinds 2008 jaarlijks plaatsvindt in de Turkse stad Konya, rond de geboortedag van Jalal ad-Din Rumi, de stichter van de Mevlevi Orde van de draaiende Derwisjen – die voor ons als ‘dervishes tremblant’ toch een bron van grote inspiratie zijn.

Intussen ben ik reuze blij het Mistic Music Festival ontdekt te hebben, dat weliswaar onder toezicht staat van ‘Konya Provincial Directorate of Culture and Tourism’, maar hoe dan ook een indrukkend programma heeft (waaronder een optreden van Rabbi Haim Look).

The Silk Road Ensemble: ‘My Lethe Story’ by Cristina Pato

Afgelopen woensdag hoorden we in onze huiskamergroep de prachtige muziek van Ascending Bird, de mythe van de vogel die opstijgt naar de hemel en herboren wordt in het vuur van de zon, waar het op dit blog al eens over is gegaan (heel erg de moeite waard om nog eens te bekijken en beluisteren!!).

[klik om te vergroten]

Nu dan aandacht voor een ander werk van The Silk Road Ensemble, My Lethe Story, voor verteller, strijktrio, klarinet, piano and slagwerk.
In dit overrompelend mooie werk vertelt de Galicische Gaita (doedelzak) speelster Cristina Pato het verhaal van het geheugenverlies van haar moeder, middels de metafoor van de Rivier van de Vergetelheid Lethe uit de Griekse mythologie.
In samenspel met musici van het Ensemble – onder wie de Syrische klarinettist Kinan Azmeh – is Pato de verteller, ze speelt piano en laat ook even het vlammende geluid van haar Gaita horen.

Het kan zijn dat het mijn luisteren van de afgelopen nacht was, maar ik heb zelden muziek gehoord die zĂł intens in het moment is – en dat twintig minuten lang…

De Lethe (een begrip dat terugkeert in ‘lethargie’, en in het Griekse ‘alĂštheia’ – waarheid – als toestand waarin je niet maft) is een van de vijf rivieren van de Hades, de onderwereld bij de Grieken, waaruit de doden drinken om hun aardse leven te vergeten – volgens Vergilius’ Aeneas is reĂŻncarnatie alleen mogelijk wanneer het geheugen is gewist.

Ik heb geprobeerd de Engelse tekst die Cristina Pato uitspreekt op het web te achterhalen, maar dat lukte niet, jammer. Misschien zijn er onder jullie die het verstaan. Maar de stem is hier ook een fenomenaal instrument, wat misschien door de klarinet wordt geĂ«venaard – zei de voormalige amateur.

Ik wens je een intens luistergenot toe!


Klik na de start op ‘YouTube’ om de video op volledig scherm te bekijken