Een nieuwe lente


wat voorafging…

Nadat ik onlangs, op bezoek bij een oude vriendin, me een beroerte geschrokken was van haar aftakeling, heb ik minder zicht in m’n ogen. Via de oogarts belandde ik bij de neuroloog, die me op z’n computerscherm liet zien dat er een verkleuring zat aan de rand van het visuele centrum: een lokaal infarct. Verder mankeerde ik niks.

Deze week had ik een droom over m’n neuroloog, ik droomde dat ik weer een gesprek met hem had, waarbij ik mijn visie op mijn verstoorde gezichtsveld nog eens te berde wilde brengen. Maar eigenlijk wist ik dat onze werelden elkaar toch niet zouden raken.. Technisch gesproken had hij gelijk had, maar die feiten dekten mijn beleving van het gebeuren niet – ik heb er eerder op mijn blog over geschreven, zie: Liefde voor het leven.

Toen we daar in mijn droom weer tegenover elkaar zaten, mijn neuroloog en ik, zei ik hem nog eens dat zijn diagnose heus wel zou kloppen en dat hij een goed vakman was, maar dat ik er vanuit mijn standpunt nu eenmaal anders tegenaan keek.
Maar … wat wĂĄs mijn standpunt eigenlijk..
Ik zat met mijn mond vol tanden. Want wat moest ik zeggen … dat ik m’n halve leven ‘gemediteerd’ had en aan Zen deed, dat ik een meer holistische visie had..
Nou, die visie zal een  doorgewinterde materialist worst wezen…
De droom eindigde ermee dat hij zei dat we maar een nieuwe afspraak moesten maken, om zo en zo laat. Terwijl ik opstond was ik de tijd al weer vergeten … hoe laat ook weer, was het nou tien uur?

Maar toen ik de volgende ochtend wakker werd, wist ik het opeens… Spontaan wist ik wat mijn vakgebied was: de studie van het bewustzijn – zoals Maarten Houtman het tijdens die sessie van december 1990 zei: “Echte meditatie is onderzoek van je bewustzijn…”

Maar … hoe kon ik dat eigenlijk vergeten zijn… Door alsmaar te morrelen aan mijn problemen – terwijl die van die studie van het bewustzijn juist losgezongen zijn… En ook deze vraag zelf maakt eigenlijk weer deel uit van … de studie van het bewustzijn. Evenals dat ik nu een verkrampte linkerhand heb van het met Ă©Ă©n vinger typen…

Deze week heb ik een afsluitend telefonisch consult met de neuroloog. Wat ga ik hem nu zeggen…

Wat ik hem ga zeggen is dit:
“Dokter, u had helemaal gelijk. Ik probeerde iets te weten te komen vanuit de spleet van het voorlopige.[1] En dat terwijl ik na m’n infarct juist ontdekt had dat er uiteindelijk niets te weten valt – ik heb dagen voor me uit zitten kijken, erbij stilstaand zonder erover te denken – dat de tijd van oplossingen bedenken voorbij is, dat er alleen nog tijd van leven is…

Vanochtend –
de hemel was blauw,
er dreven wattenwolkjes –
ontdekte ik dat mijn duisternis,
mijn gebrek aan licht,
vanbinnen zit
alles was grauw…

Maar terug wandelend naar huis
was de afstand verdwenen
leek het heelal dichtbij –
was het bijna tastbaar aanwezig.
Terwijl om me heen
het leven gewoon doorgaat
loop ik zij aan zij.


[1] Maarten Houtman, Je adem gaat.

Bolle’s Hemelvaart

Bolle de Wijze Kater, de Tao-zenkat

van onze voormalige Huiskamergroep

is  verleden week thuis overleden,

zo berichtte zijn baasje Diana ons –

die hem, na het verscheiden van zijn zusje,

met pillen en veel liefde in leven hield…

En met geloken ogen om zich heen kijkend, ziet hij niets dan leegte:

Want wijs was hij zeker, onze kattige meester,

altijd als wij weer af dreigden te dwalen,

stak hij zijn snorharen door de kier van de deur en trok hem met z’n pootje open.

Liet daarna, staande temidden van onze roerloze gestalten, een klagelijk ‘miauw’ horen –

en bracht ons zo voortijdig aan het shaken.

Want wat een schrik … dĂĄt was niet de bedoeling…

stilte in de zaal graag! eerbied! alles volgens de regels!

… maar zachtjes smolten zij, wij, die eerzame poppen.

Hier en daar ging – niet ongezien – een oogje open,

er was geschuifel van benen, een voorzichtig lachje..

er werd zelfs een hand uitgestoken om Bolle te aaien…

Want zo doctrinair waren wij nu ook weer niet,

we voelden ons eerder betrapt op schijn-heiligheid,

op een net-doen-alsof we Tao-zen bedreven…

Maar miauw, zei de Meester: ‘Zacht zijn zonder opzet,

dat is waar het om draait, als je alle wikkels eraf windt.’

Het was alsof je Maarten hoorde praten…

En zeg nou zelf , mensen, wow, wat een demasquĂ©…

kattenogen die dwars door ons mensen heen keken!

En er was die keer dat de muziek spontaan bij ons inbrak

en onder het zitten  ‘Trinity’ van George Gurdjieff inzette,

uitgevoerd door het Gurdjieff Ensemble –

mijn iPhone bleek op ‘spraakbesturing’ overgeschakeld te zijn –

was het misschien het  ‘miauw’ van de meditatiekat dat

de zaak in beweging zette en ons liet shaken…

Dat je het weet, grijze muis,

de kat is nu ver van huis,

maar hij blijft over ons waken

vanuit zijn meditatiekluis

op de eeuwige jachtvelden

zullen wij voor altijd in zijn aandacht zijn…

Dat ‘Trinity van Gurdjeff leek mij  een gepast afscheid van jou –

de drieëenheid van Aandacht, aandacht, aandacht..

Rust zacht, Bolle.