Cosmic Cliffs, Glittering Landscape of Star Birth & Gaia Energy Trance

In dat kleine leventje van je gebeurt soms iets – je krijgt een signaal, je hebt een ontmoeting of ontvangt een tijding – dat van de andere kant van de kosmos lijkt te komen. Heden en verleden schuiven in elkaar. Je leven daartussen een zandkorreltje, temidden van gasvormige holten en opkomende stellaire kraamkamers. Je tijd van leven een flinterdun streepje op een schaal van miljarden lichtjaren. Je geboorte Ă©Ă©n enkele ster, temidden van die miljarden andere aan het firmament…

Toch voel je dat op zo’n moment het universum heel even in jou samenkomt en bevestigt dat je leeft, dat je niet alleen leeft.

“Een golvend, doorschijnend stervormingsgebied in de Carina-nevel wordt getoond in deze Webb-afbeelding, getint in amber en blauw; voorgrondsterren met diffractiepieken zijn te zien, evenals een spikkeltje lichtpuntjes op de achtergrond door de bewolkte nevel.” [klik voor vergroting]

Armin van Buuren: Gaia Energy Trance June 2022

 

Het beeld Cosmic Cliffs, Glittering Landscape of Star Birth + begeleidende tekst zijn ontleent aan: https://www.nasa.gov/webbfirstimages

“NASA’s James Webb Space Telescope onthult opkomende stellaire kraamkamers en individuele sterren in de Carina-nevel die voorheen verduisterd waren.
Afbeeldingen van “Cosmic Cliffs” tonen de mogelijkheden van Webb’s camera’s om door kosmisch stof te turen en werpen nieuw licht op hoe sterren ontstaan. Objecten in de vroegste, snelle fasen van stervorming zijn moeilijk vast te leggen, maar de extreme gevoeligheid, ruimtelijke resolutie en beeldvormingscapaciteit van Webb kunnen deze ongrijpbare gebeurtenissen beschrijven
Dit landschap van “bergen” en “dalen”, bezaaid met glinsterende sterren, is eigenlijk de rand van een nabijgelegen, jong, stervormingsgebied genaamd NGC 3324 in de Carina-nevel. Deze afbeelding, vastgelegd in infrarood licht door NASA’s nieuwe James Webb Space Telescope, onthult voor het eerst voorheen onzichtbare gebieden van stergeboorte.
Het schijnbaar driedimensionale beeld van Webb, dat de Cosmic Cliffs wordt genoemd, ziet eruit als steile bergen op een maanverlichte avond. In werkelijkheid is het de rand van de gigantische, gasvormige holte binnen NGC 3324, en de hoogste “pieken” in deze afbeelding zijn ongeveer 7 lichtjaar hoog. Het spelonkachtige gebied is uit de nevel gesneden door de intense ultraviolette straling en sterwinden van extreem massieve, hete, jonge sterren die zich in het midden van de bel, boven het gebied dat in deze afbeelding wordt getoond, bevinden.
De zinderende, ultraviolette straling van de jonge sterren beeldhouwt de wand van de nevel door deze langzaam weg te eroderen. Dramatische pilaren torenen uit boven de gloeiende muur van gas en weerstaan ​​deze straling. De “stoom” die uit de hemelse “bergen” lijkt op te stijgen, is in feite heet, geĂŻoniseerd gas en heet stof dat door de meedogenloze straling van de nevel wegstroomt.”
“Webb onthult opkomende stellaire kraamkamers en individuele sterren die volledig verborgen zijn in foto’s van zichtbaar licht. Vanwege de gevoeligheid van Webb voor infrarood licht, kan het door kosmisch stof turen om deze objecten te zien. Protostellaire jets, die duidelijk naar voren komen in deze afbeelding, schieten uit enkele van deze jonge sterren. De jongste bronnen verschijnen als rode stippen in het donkere, stoffige gebied van de wolk. Objecten in de vroegste, snelle fasen van stervorming zijn moeilijk vast te leggen, maar de extreme gevoeligheid, ruimtelijke resolutie en beeldvormingscapaciteit van Webb kunnen deze ongrijpbare gebeurtenissen beschrijven.
Deze waarnemingen van NGC 3324 zullen licht werpen op het proces van stervorming. Stergeboorte plant zich in de loop van de tijd voort, veroorzaakt door de uitzetting van de eroderende holte. Terwijl de heldere, geĂŻoniseerde rand in de nevel beweegt, duwt hij langzaam het gas en stof in. Als de rand instabiel materiaal tegenkomt, zal de verhoogde druk ervoor zorgen dat het materiaal instort en nieuwe sterren vormt.
Omgekeerd kan dit soort verstoring ook stervorming voorkomen als het stervormende materiaal wordt weggeĂ«rodeerd. Dit is een zeer delicaat evenwicht tussen het aanwakkeren van stervorming en het stoppen ervan. Webb zal enkele van de grote, open vragen van de moderne astrofysica behandelen: wat bepaalt het aantal sterren dat zich in een bepaalde regio vormt? Waarom ontstaan ​​sterren met een bepaalde massa?
Webb zal ook de impact onthullen van stervorming op de evolutie van gigantische wolken van gas en stof. Hoewel het effect van massieve sterren – met hun gewelddadige wind en hoge energie – vaak duidelijk is, is er minder bekend over de invloed van de talrijkere sterren met een lage massa. Terwijl ze zich vormen, creĂ«ren deze kleinere sterren smalle, tegengestelde jets die hier te zien zijn, die veel momentum en energie in de wolken kunnen injecteren. Dit vermindert de fractie nevelmateriaal dat nieuwe sterren zaait.
Tot nu toe hadden wetenschappers zeer weinig gegevens over de invloed van de veelheid aan jonge en meer energetische lichte sterren. Met Webb kunnen ze een volledige telling van hun aantal en impact in de nevel verkrijgen.
Op een afstand van ongeveer 7.600 lichtjaar werd NGC 3324 vastgelegd door Webb’s Near-Infrared Camera (NIRCam) en Mid-Infrared Instrument (MIRI).
NIRCam – met zijn scherpe resolutie en ongeĂ«venaarde gevoeligheid – onthult honderden voorheen verborgen sterren en zelfs talloze achtergrondsterrenstelsels.
Volgens MIRI schijnen jonge sterren en hun stoffige, planeetvormende schijven fel in het midden-infrarood en lijken ze roze en rood. MIRI onthult structuren die zijn ingebed in het stof en onthult de stellaire bronnen van enorme jets en uitstromen. Met MIRI gloeien het hete stof, koolwaterstoffen en andere chemische verbindingen op het oppervlak van de ruggen, waardoor het eruitziet als grillige rotsen.”

Arbor alter ego

Mijn vriend de boom en ik

Gisteren stond ik weer in omarming met mijn boom, je weet wel, die tegenover de Broekhuijsen-Leewis Schooltuin aan het van Heekpad staat, om de hoek van de Jisperveldstraat (zie paarse markering op het kaartje beneden).

We zeiden tegen elkaar: “Zullen we samen de wereld redden…”
Dat was natuurlijk een vreemde uitspraak, je zult zeggen: dan heb je het wel hoog in je kruin, wat een verbeelding…
Maar laat ik nu vandaag in kop in de krant lezen: Bomen vormen de laatste strohalm in de klimaatcrisis. Dus aan mijn gekroonde vriend zal het niet liggen. Nu ik nog… – hoewel ik me gesteund weet door zijn onomstotelijke stam, die kaarsrecht in de grond steekt, en met zijn wortels de aarde in een stevige greep houdt…
En ik vraag me af: wat is mĂ­jn greep op de wereld eigenlijk… Ben Ă­k geworteld, sta Ă­k voor wie ik ben?
Toch is ‘stoerheid’ niet de essentie, het zijn eerder haar longen die het doen (‘bomen zijn de long van onze wereld’, las ik). Uitwisseling, doorlaatbaarheid, dat is waar het om gaat.
Toen ik tegen de avond nog even bij haar langs ging, zaten er een aantal jongetjes op de bank die aan haar voet staat. Ik dacht: laat ik me niet generen en leunde met mijn hand tegen haar stam: ‘Wat een grote boom, hù,’ verklaarde ik, ‘wij hebben vriendschap gesloten. Want bomen moeten de wereld redden, onze lucht schoonmaken.’
Nou, dat begrepen ze onmiddellijk, een half woord was genoeg, ze kregen het over ‘longen’ en ‘ademen’…
‘How to befriend a tree’

Toen drong ook tot me door in wat voor isolement ik leef, dat ik een vreemdeling op aarde ben. En wat een afstand er is tot de mensen om me heen…

Praten over wat jou en iedereen aangaat, over de alledaagse wereld die je met iedereen deelt… – en dan niet over het weer of de politiek of zo iets lulligs. Wanneer doe je dat nou…
Toch merk ik daar op de Jisp dat mensen me aardig vinden en me groeten, dat ik een factor in hun wereld ben. Maar welke? Geen idee. ‘Buurtgenoten’… Is dat alles? Moeten we het daar de tijd die ons rest mee doen?
Â